woensdag 29 januari 2014

De voorgeschiedenis van een koude of zachte winter.

Aan de hand van kou of warmte in de maanden voor een winter is weinig concreets te vinden om te spreken van een voorspellende waarde.Na een warm najaar hoeft de winter niet erg zacht te zijn,  of na een koud najaar ook een koude winter te volgen.  Ook kan na een koele zomer zowel een koude als zachte winter volgen en vice versa.
Toch zijn er wel een aantal leuke stukjes voorgeschiedenis te vinden,  waarbij een patroon in de winter doorzette  of compleet omsloeg.

De koude voorgeschiedenis van de winter 1962 - 1963

In de winter van 1961 was het rond kerstmis koud geweest, hier vond een korte maar felle koudegolf plaats van 5 dagen te De Bilt.
De rest van de winter stelde niet heel veel voor,  maar in het voorjaar van 1962 wilde het niet echt warmer worden.
Maart kwam uit op slechts 2 graden gemiddeld  met vaak aanvoer van lucht uit het noorden en noord-oosten. 
Waar april niet opvallend koud verliep  was mei ook een erg koele maand met wisselvallig weer en periodes waarin opnieuw de kille wind uit het noorden opstak.
De zomer startte zonnig en vooral ook droog,  maar met de bries vanuit noordelijke richtingen in combinatie met heldere nachten kon het ook begin juni flink afkoelen.
De rest van de zomer werd het voornamelijk koel en wisselvallig weer,  met slechts af en toe een opleving van de temperatuur. 
Alleen 1903 en 1956 hadden een nog koudere zomer gehad  en in de herfst was het enkel oktober waarin het wat zachter was dan wat het gemiddelde was voor die tijd.
Na een zachte start van november daalden de temperaturen opnieuw  en de straalstroom meanderde sterk,  waardoor blokkades makkelijk kunnen ontstaan,  in november blijkt de straalstroom zich in onze regionen erg noord- zuid te richten,  waardoor koude lucht uit het noorden makkelijker binnen kan stromen.
De tweede helft van november is al behoorlijk koud,  met winterse buien.
Met vervolgens een aantal echt koude (ijs)dagen tegen het einde van november had de winter zijn eerste plaagstoot gegeven.
Onder invloed van een hogedrukgebied is het begin december winters,  met een bijzonder mistige sinterklaas
De eerste vorstperiode van december wordt beëindigd met een periode van zacht en nat weer,  maar rond kerstmis valt de winter in om ruim twee maanden nauwelijks nog van zijn plaats te wijken.


Hoe een westcirculatie maar door bleef denderen (winter 1974 - 1975)

De zomer van 1974 was niet bepaald eentje om over op te scheppen,  het was zelden warm en mooi te noemen.
Van nazomer was ook amper sprake,  want de herfst begon,  bleef en eindigde met voornamelijk regen, regen en nog eens regen.  Vooral oktober viel niet alleen op in natte, maar ook in koude zin. Met slechts 7 graden gemiddeld was de herfstmaand erg koud te noemen.
De relatieve kou leek veelbelovend,  maar de depressietrein denderde ongestoord voort,  waarmee december zelfs enkele tienden graden warmer verliep dan oktober!
In januari begon de vaart wat uit de westcirculatie te raken,  maar op een beetje kou in februari na scoorde de winter nauwelijks.


Weergrillen in de aanloop naar 1979

Na een zachte januari 1978 volgde een februari waarin het een aantal dagen aardig vroor.
De vorstperiode werd afgewisseld door een snelle dooiaanval waarbij het een aantal dagen later 13 graden in de plus werd.
In maart kon de temperatuur van mild lenteweer ook plots omgaan naar winters,  inclusief ijzelproblemen.  Daarnaast was er ook zo'n dip in april waarbij er op sommige plaatsen in het westen van het land meer dan 10 centimeter sneeuw viel.
In mei en begin juni was het aardig lente -en zomerweer,  maar verder in de zomer volgde een koele en natte periode,  waarmee de zomer ook als te koud de geschiedenis in gaat.
De herfst van 1978 was over het algemeen een rustige,  met een afwisseling van nazomerse perioden en koudere dagen.
Wel viel er eind september veel regen uit kille najaar -en onweersbuien.
December 1978 kende een sterke afwisseling van koude periodes en hele zachte periodes met tijdens de overgangen ijzel  en soms zware regenval.  Toen eind december het zeer zachte weer opnieuw werd verdreven viel de winter ook goed in,  met transportkou en geregeld sneeuw en ijzel.
Opvallend is dat in de aanloop naar de echte kouperiode je al een aantal malen het voorspel zag in de vorm van hogedruk bij Groenland en Scandinavie waarbij de depressies naar het zuiden werden gedrukt of zelf bijna uitgeperst tussen de hoge druk uit het noorden en die in het zuiden.

Voorspel vs. de klapper met oudjaar 1978.







Het voortraject leek nog zo goed (winter 1993 - 1994)

Het deed een beetje aan de voorgeschiedenis van 1962 - 1963 denken,  dat weerjaar 1993.
Echter was de gelijkenis vooral in het weer vanaf de zomer,  want de lente was juist warm en zonnig verlopen.
In de zomer was het koeler geworden, met vanaf midden juli ook de nodige regen.
Ook het najaar verliep in de regel te koud voor de tijd van het jaar.
November deed er nog een schepje bovenop met een erg koude periode in de tweede helft van de maand.
Een klassieke wintersetting met krachtige hogedruk boven Scandinavie,  waarmee een eerste serieuze winteroffensief een feit was. 
Winterliefhebbers hoopten op een herhaling van 1963,  maar eens de dooi en de westcirculatie begin december waren ingevallen bleef deze het grootste deel van de winter heersen.

Winterse drukverdeling in november





















De dooiaanval  is ingezet,  wie zou winnen?  de hogedruk of de oceaaninvloeden?
























De depressies hebben gewonnen: de westcirculatie draait op volle toeren, inclusief een zware storm.



De warme voorgeschiedenis van de zachtste winter (2006 - 2007)

Na een frisse start van 2006 warmde het behoorlijk op.
April was al aan de warme kant,  terwijl mei vooral in de eerste helft zomers was.
Na een dip met flink wisselvallig weer in de tweede helft van mei volgde in juni en juli twee hittegolven en overall erg warm zomerweer.
Hoewel augustus niet meedeed en vooral regenachtig was, verliep het najaar ook bijzonder warm.
Waar in 2005 het patroon later in het najaar omsloeg van zacht nazomerweer naar winters weer (hoewel het echte winterweer op afstand bleef),  bleef het in de winter van 2006  - 2007 ook te warm.
Vooral januari spande de kroon met boterzachte zuidwestenwinden en een zware herfststorm.



dinsdag 28 januari 2014

Verbanden zoeken in het weer: de wintereditie (1901 - 2013)

Een hele tijd geleden plaatste ik al eens een bericht waarin ik bekeek of neerslagsommen en temperaturen in maanden of seizoenen vooraf aan de zomer  een klein verband konden laten zien.
Hieruit kon ik enkele licht afwijkende dingen halen,  zoals dat de kans op een droge zomer na een natte lente bijvoorbeeld groter is  en dat warme en droge lentes veel minder kans bieden op een droge zomer.

Of er na bijvoorbeeld een warm najaar een zachte winter volgt,  of na een koude winter een nieuwe koude winter? 
Dit onderzoekje met gegevens van De Bilt gaf minder opvallende feiten dan het zomeronderzoek,  hetgeen overigens niet vreemd is in ons grillige klimaat.

Toch zijn er een paar dingen die opvielen.

Voorafgaande aan de dertige zachtste winters  waren er 11 zomers die zeer koel verliepen,  maar ook 11 zomers die erg warm verliepen,  hiermee slechts 8 "normale" zomers overlatend die voor een zachte winter kwamen.
5 van de droogste zomers gingen aan een zachte winter vooraf,  tegen 10 van de natste zomers.
Ook redelijk opvallend is het feit dat er 10% meer koele julimaanden dan warme aan een zachte winter vooraf gingen.

Bij koude winters zien we dat er vrij weinig koude oktobers aan vooraf gingen (5 van de 30),  maar wel ruim 30% van de koelste zomers en koelste lentes.
Minder vreemd lijkt het feit te zijn dat er slechts 5 warme septembers, zomers en lentes aan een koude winter vooraf gingen.
Ook zie je goed terug dat koude winters vaak in clusters komen,  want aan een koude winter ging 11 van de 30 keer ook een koude winter vooraf  en slechts vijf maal een erg zachte winter.

Een uitzonderlijk jaar hierin is 1996:  een koude winter na zowel een zachte winter als een warme zomer in 1995.


woensdag 15 januari 2014

De natste maand in Gemert: september 2001

September 2001 is één van de natste maanden van de voorbije eeuw.
In De Bilt moet hij twee andere maanden voorlaten,  maar in Gemert is de maand met 198 millimeter neerslag de natste sinds de metingen.

Een kleine terugblik naar hoe die som tot stand kwam.


De voorgeschiedenis:

In augustus zaten we nog in een hittegolf met het hoogtepunt op zaterdag 25 augustus.
De volgende dag draaide de wind en hier koelde het vrijwel geruisloos af,  terwijl het in het westen van het land flink onweerde.
Daarna volgde definitieve verkoeling  en de maand eindigde met enkele regenbuien die het begin van een zeer natte periode zouden inluiden.

Septemberregen

De maand startte met een vriendelijke dag,  met op een enkele plaats een bui.
De volgende dag meer bewolking door een warmtefront,  waarbij het soms wat miezerde  en het koufront dat volgde bleef een beetje hangen boven het land waardoor er geregeld buien vielen op de derde van september.
Achter het koufront volgde onstabiele lucht waarin nieuwe buien ontstonden en op veel plaatsen in twee dagen veel regen naar beneden kwam.
In Gemert werd op 4 september 20,5 millimeter afgetapt.
Op 5 september was het even wat mooier weer,  maar dat duurde niet lang dankzij een volgend front van een depressie dat op 6 september een verse 17 millimeter regenwater achterliet.
Een volgende depressie ontstond en smolt samen met de depressie die al boven de oostzee lag.
Hierbij viel opnieuw regen en na de regenzone volgde een herfstachtig en buiig weertype in de onstabiele koele lucht.
Buien met hagel, onweer en windstoten kwamen op meerdere plekken in het land voor  en in september is het vaak het natst aan de kust,  echter werd Gemert ook niet bepaald slecht bedeeld in de regenhoeveelheden.
Tussen de regenzones en buien door scheen op de beruchte 11 september en 12 september wel regelmatig de zon.

Volop herfst

Een volgende depressie trok van Schotland richting de zuidelijke noordzee  en liet een nieuwe plas regen vallen.  Op de trog die volgde waren er enkele stevige plensbuien om het af te maken.
Ook de volgende dag vallen buien  en het was nog niet lang droog of een koufront kwam weer wat regenwater brengen.
In het weekend van 15 en 16 september vielen ook een aantal buien,  waarbij nu het westen de grootste hoeveelheden te pakken had en Gemert ietsje bescheiden achterbleef met ongeveer 13 millimeter in twee dagen.
De kraan ging echter niet dicht,  want er was een nieuwe depressie ontstaan boven midden Europa  en een aparte kern trok via een minder gebruikelijk pad van Zweden naar België.
Dit leverde uiteraard weer een bak regen op,  terwijl ook de hoofdkern van de depressie besloot om vanuit Polen een bezoek te brengen aan de lage landen.
Dit ging met name op 19 september gepaard met een heleboel regen,  in Gemert viel 21 mm  en dat was niet eens zo nat  aangezien het westen de volle lading meekreeg.
Hoek van Holland ving 107 mm op  en een groot deel van het Westland stond blank, met de nodige schade tot gevolg..
De depressie bleef vervolgens wat op zijn plaats hangen,  waardoor er dagelijks wel een aantal buien vielen,  echter ditmaal geen grote sommen opleverend.
In de slotweek van de maand werd het wat rustiger weer met meer zon, mistige ochtenden en af en toe een bui.

De laatste regen van de maand kwam van achtereenvolgens een warmtefront (die in het noorden tot stilstand kwam en daar veel regen gaf), een koufront op de 29e en daartussen geregeld ruimte voor de zon.
De maand eindigde met lichte regen in de avond van de 30e,  waarop nog een natte eerste oktober zou volgen, voordat het later in die maand nog nazomers warm zou worden.

Neerslagcijfers te Gemert (aftappingen in de ochtend)

1 september       3,1 mm
2 september         0  mm
3 september       5,1 mm
4 september     20,5 mm
5 september       5,7 mm
6 september     17,2 mm
7 september       9,7 mm
8 september       6,3 mm
9 september       7,2 mm
10 september   13,2 mm
11 september     7,8 mm
12 september     4,5 mm
13 september     9,3 mm
14 september     4,1 mm
15 september      3   mm
16 september     6,7 mm
17 september     7,2 mm
18 september   13,2 mm
19 september        0 mm
20 september      21 mm
21 september     5,4 mm
22 september     2,4 mm
23 september     1,9 mm
24 september     2,4 mm
25 september     0,2 mm
26 september     0,4 mm
27 september     5,4 mm
28 september     8,9 mm
29 september        0 mm
30 september     6,2 mm

Maandsom:      198 mm