Aan de hand van kou of warmte in de maanden voor een winter is weinig concreets te vinden om te spreken van een voorspellende waarde.Na een warm najaar hoeft de winter niet erg zacht te zijn, of na een koud najaar ook een koude winter te volgen. Ook kan na een koele zomer zowel een koude als zachte winter volgen en vice versa.
Toch zijn er wel een aantal leuke stukjes voorgeschiedenis te vinden, waarbij een patroon in de winter doorzette of compleet omsloeg.De koude voorgeschiedenis van de winter 1962 - 1963
In de winter van 1961 was het rond kerstmis koud geweest, hier vond een korte maar felle koudegolf plaats van 5 dagen te De Bilt.
De rest van de winter stelde niet heel veel voor, maar in het voorjaar van 1962 wilde het niet echt warmer worden.
Maart kwam uit op slechts 2 graden gemiddeld met vaak aanvoer van lucht uit het noorden en noord-oosten.
Waar april niet opvallend koud verliep was mei ook een erg koele maand met wisselvallig weer en periodes waarin opnieuw de kille wind uit het noorden opstak.
De zomer startte zonnig en vooral ook droog, maar met de bries vanuit noordelijke richtingen in combinatie met heldere nachten kon het ook begin juni flink afkoelen.
De rest van de zomer werd het voornamelijk koel en wisselvallig weer, met slechts af en toe een opleving van de temperatuur.
Alleen 1903 en 1956 hadden een nog koudere zomer gehad en in de herfst was het enkel oktober waarin het wat zachter was dan wat het gemiddelde was voor die tijd.
Na een zachte start van november daalden de temperaturen opnieuw en de straalstroom meanderde sterk, waardoor blokkades makkelijk kunnen ontstaan, in november blijkt de straalstroom zich in onze regionen erg noord- zuid te richten, waardoor koude lucht uit het noorden makkelijker binnen kan stromen.
De tweede helft van november is al behoorlijk koud, met winterse buien.
Met vervolgens een aantal echt koude (ijs)dagen tegen het einde van november had de winter zijn eerste plaagstoot gegeven.
Onder invloed van een hogedrukgebied is het begin december winters, met een bijzonder mistige sinterklaas
De eerste vorstperiode van december wordt beëindigd met een periode van zacht en nat weer, maar rond kerstmis valt de winter in om ruim twee maanden nauwelijks nog van zijn plaats te wijken.
Hoe een westcirculatie maar door bleef denderen (winter 1974 - 1975)
De zomer van 1974 was niet bepaald eentje om over op te scheppen, het was zelden warm en mooi te noemen.
Van nazomer was ook amper sprake, want de herfst begon, bleef en eindigde met voornamelijk regen, regen en nog eens regen. Vooral oktober viel niet alleen op in natte, maar ook in koude zin. Met slechts 7 graden gemiddeld was de herfstmaand erg koud te noemen.
De relatieve kou leek veelbelovend, maar de depressietrein denderde ongestoord voort, waarmee december zelfs enkele tienden graden warmer verliep dan oktober!
In januari begon de vaart wat uit de westcirculatie te raken, maar op een beetje kou in februari na scoorde de winter nauwelijks.
Weergrillen in de aanloop naar 1979
Na een zachte januari 1978 volgde een februari waarin het een aantal dagen aardig vroor.
De vorstperiode werd afgewisseld door een snelle dooiaanval waarbij het een aantal dagen later 13 graden in de plus werd.
In maart kon de temperatuur van mild lenteweer ook plots omgaan naar winters, inclusief ijzelproblemen. Daarnaast was er ook zo'n dip in april waarbij er op sommige plaatsen in het westen van het land meer dan 10 centimeter sneeuw viel.
In mei en begin juni was het aardig lente -en zomerweer, maar verder in de zomer volgde een koele en natte periode, waarmee de zomer ook als te koud de geschiedenis in gaat.
De herfst van 1978 was over het algemeen een rustige, met een afwisseling van nazomerse perioden en koudere dagen.
Wel viel er eind september veel regen uit kille najaar -en onweersbuien.
December 1978 kende een sterke afwisseling van koude periodes en hele zachte periodes met tijdens de overgangen ijzel en soms zware regenval. Toen eind december het zeer zachte weer opnieuw werd verdreven viel de winter ook goed in, met transportkou en geregeld sneeuw en ijzel.
Opvallend is dat in de aanloop naar de echte kouperiode je al een aantal malen het voorspel zag in de vorm van hogedruk bij Groenland en Scandinavie waarbij de depressies naar het zuiden werden gedrukt of zelf bijna uitgeperst tussen de hoge druk uit het noorden en die in het zuiden.
Voorspel vs. de klapper met oudjaar 1978.
Het voortraject leek nog zo goed (winter 1993 - 1994)
Het deed een beetje aan de voorgeschiedenis van 1962 - 1963 denken, dat weerjaar 1993.
Echter was de gelijkenis vooral in het weer vanaf de zomer, want de lente was juist warm en zonnig verlopen.
In de zomer was het koeler geworden, met vanaf midden juli ook de nodige regen.
Ook het najaar verliep in de regel te koud voor de tijd van het jaar.
November deed er nog een schepje bovenop met een erg koude periode in de tweede helft van de maand.
Een klassieke wintersetting met krachtige hogedruk boven Scandinavie, waarmee een eerste serieuze winteroffensief een feit was.
Winterliefhebbers hoopten op een herhaling van 1963, maar eens de dooi en de westcirculatie begin december waren ingevallen bleef deze het grootste deel van de winter heersen.
Winterse drukverdeling in november
De dooiaanval is ingezet, wie zou winnen? de hogedruk of de oceaaninvloeden?
De depressies hebben gewonnen: de westcirculatie draait op volle toeren, inclusief een zware storm.
De warme voorgeschiedenis van de zachtste winter (2006 - 2007)
Na een frisse start van 2006 warmde het behoorlijk op.
April was al aan de warme kant, terwijl mei vooral in de eerste helft zomers was.
Na een dip met flink wisselvallig weer in de tweede helft van mei volgde in juni en juli twee hittegolven en overall erg warm zomerweer.
Hoewel augustus niet meedeed en vooral regenachtig was, verliep het najaar ook bijzonder warm.
Waar in 2005 het patroon later in het najaar omsloeg van zacht nazomerweer naar winters weer (hoewel het echte winterweer op afstand bleef), bleef het in de winter van 2006 - 2007 ook te warm.
Vooral januari spande de kroon met boterzachte zuidwestenwinden en een zware herfststorm.